Beleggingsopties voor vennootschappen: fiscale aandachtspunten

I.                         Termijn- en spaarrekeningen en Tak 26

Een termijn- of spaarrekening is een rekening met een hogere interestopbrengst dan een zichtrekening. Bij een termijnrekening staat het geld gedurende een bepaalde periode vast, bij een spaarrekening niet. Een Tak 26 is een zgn. beleggingsverzekering. Er is een kapitaalgarantie en een gegarandeerd rendement in de vorm van interest en normaal gezien ook een winstdeelneming. De interest en de winstdeelneming worden niet jaarlijks uitbetaald, maar gekapitaliseerd en op de vervaldatum uitgekeerd.

Er moet op de interest 30% roerende voorheffing (rv) ingehouden worden. De vrijstelling voor interesten van gereglementeerde spaarrekeningen geldt niet voor vennootschappen.

In de vennootschapsbelasting zijn de interesten belastbaar en de bankkosten volledig aftrekbaar. De rv is verrekenbaar met (= aftrekbaar van) de vennootschapsbelasting. Een vennootschap betaalt dus minder belastingen op deze inkomsten (uitgezonderd een spaarrekening) dan een particulier. Wanneer er meer rv ingehouden is dan er vennootschapsbelasting verschuldigd is, betaalt de fiscus het overschot terug.

II.                      Obligaties, kasbons en staatsbons

Een obligatie is een lening met vaste looptijd, uitgegeven door een onderneming. Een kasbon en een staatsbon zijn vergelijkbare effecten, maar dan uitgegeven door een bank of door de overheid. De opbrengst bestaat uit de interest die jaarlijks betaald wordt (coupon) of die gekapitaliseerd wordt (nulcouponobligatie) en eventueel ook uit een meerwaarde bij de verkoop van het effect voor de vervaldatum.

Er wordt op de interest 30% rv ingehouden, die verrekenbaar is met de vennootschapsbelasting. Er is geen beurstaks verschuldigd op de aan- en verkoop van lineaire obligaties (OLO’s), maar wel op de aan- en verkoop van staatsbons en op de verkoop van andere obligaties en – tenzij bij terugkoop door de bank – kasbons. De beurstaks bedraagt 0,12%.

De interest en de eventuele meerwaarde op een verkoop voor de vervaldatum zijn belastbaar in de vennootschapsbelasting. Alle kosten, ook minderwaarden en waardeverminderingen, zijn aftrekbaar.

III.                   Gewone aandelen

We bedoelen aandelen van een al dan niet op de beursgenoteerde onderneming. De opbrengst bestaat uit dividenden en eventueel uit een meerwaarde bij de verkoop.

Er wordt op de dividenden van gewone aandelen 30% rv ingehouden, die verrekenbaar en terugbetaalbaar is. Een beurstaks van 0,35% van de transactiewaarde is verschuldigd op de aan- en verkoop van aandelen, niet op een inschrijving bij de uitgifte.

De meerwaarden op gewone aandelen zijn normaal gezien belastbaar in de vennootschapsbelasting, aangezien voor de vrijstelling ervan een minimumparticipatie van 10% of van € 2.500.000 vereist is. Alle kosten zijn aftrekbaar, behalve waardeverminderingen en in principe minderwaarden. Uw vennootschap is uitgesloten van het verlaagde belastingtarief, als op de balansdatum de beleggingswaarde van alle aandelen die ze bezit groter is dan de helft van (het gestort kapitaal + de belaste reserves + de geboekte meerwaarden).

IV.                   Beleggingsvennootschappen

Bevek staat voor ‘beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal’. Er zijn twee soorten beveks: distributiebeveks en kapitalisatiebeveks. Het verschil is dat een distributiebevek de beleggingsopbrengsten periodiek uitkeert, terwijl een kapitalisatiebevek die herbelegt.

Een distributiebevek moet op de dividenden die ze uitkeert 30% rv inhouden. Bij de verkoop van aandelen van een kapitalisatiebevek betaalt uw vennootschap een beurstaks van 1,32% van de transactiewaarde.

In de vennootschapsbelasting gelden dezelfde regels als voor ‘gewone’ aandelen. Een belegging in een bevek telt dus ook mee om te bepalen of uw vennootschap het verlaagde tarief verliest of niet. Voor de zgn. DBI-beveks is er wel een afwijking wat betreft de belastbaarheid van dividenden en meerwaarden.

DBI-beveks zijn distributiebeveks die zelf (vrijwel) volledig beleggen in ‘goede’ aandelen (dus van vennootschappen die geen fiscaal gunstregime genieten) en die jaarlijks minstens 90% van hun inkomsten als dividenden uitkeren. De dividenden uit DBI-beveks én de meerwaarden zijn via de zgn. DBI-aftrek vrijgesteld van belastingen in de mate dat de inkomsten van de bevek uit dividenden van ‘goede’ aandelen bestaan. De rv is in principe verrekenbaar en terugbetaalbaar.

De regering-De Wever voert vanaf aanslagjaar 2026 een belasting in op meerwaarden bij de verkoop van bevek-aandelen, maar die zou volgens de ontwerpwettekst normaal gezien niet gelden voor de meerwaarden gerealiseerd op DBI-beveks. Vervelender is dat uw vennootschap aan de minimumbezoldigingsvoorwaarde voor het verlaagde tarief moet voldoen om de rv op dividenden van een DBI-bevek te kunnen verrekenen.

V.                      Beleggingsfondsen

Hoewel de term ‘beleggingsfonds’ ook voor beveks gebruikt wordt, reserveren we die hier voor beleggingsinstellingen die in tegenstelling tot beveks geen rechtspersoonlijkheid hebben, zoals GBF’s (gemeenschappelijke beleggingsfondsen) en ETF’s (Exchange-Traded Funds) of ‘trackers’. Een beleggingsfonds heeft geen aandelen, maar deelbewijzen. Er bestaan distributie- en kapitalisatiebeleggingsfondsen.

Op dividenden en interesten van Belgische vennootschappen of die via een Belgische tussenpersoon betaald worden, wordt 30% rv ingehouden. Op de aan- of verkoop van deelbewijzen van een beleggingsfonds is de beurstaks verschuldigd, tussen de 0,12% en 1,32% van het transactiebedrag, afhankelijk van het soort beleggingsfonds en van waar het geregistreerd is.

Beleggingsfondsen zijn zgn. fiscaal transparant. Dat betekent dat om te weten welke fiscale behandeling de inkomsten ondergaan in de vennootschapsbelasting, u moet kijken naar de activa waarin het beleggingsfonds zelf belegt. In de mate dat dit bv. aandelen zijn, zijn de meerwaarden normaal gezien belastbaar en tellen de beleggingen mee om te beoordelen of uw vennootschap uitgesloten is van het verlaagde tarief. De rv is in principe verrekenbaar en terugbetaalbaar.